Soms denkt een werkgever dat hij multifunctioneel inzetbaar is en ook als bedrijfsarts kan optreden. Dat hij na een ziekmelding in een gesprek wel even kan beoordelen hoe het zit. In een enkel geval loopt het conflict zo hoog op dat de rechter eraan te pas moet komen. Die maakt er korte metten mee: een directeur is meestal geen dokter!
Een sprekend voorbeeld:
Een monteur bij een bandenmontagebedrijf meldt zich begin december 2019 ziek. Een oproep van de bedrijfsarts blijft uit, maar de werkgever stopt op 1 januari 2020 met de loonbetaling. De werknemer sommeert de werkgever schriftelijk (vergeefs) om dat ongedaan te maken en eist vervolgens in een kort geding zijn loon conform de cao.
(Casus: Kantongerecht Haarlem – maart 2020)
De werkgever
Volgens de werkgever zou de werknemer niet ziek zijn en heeft die ook de arbeidsovereenkomst opgezegd. Volgens de kantonrechter is dat niet zo, omdat opzegging een duidelijke en ondubbelzinnige verklaring van de werknemer vraagt en daarvan is niets gebleken. De werknemer heeft zich begin december 2019 ziekgemeld en vanaf 1 januari 2020 geen loon meer ontvangen.
De Kantonrechter
De werkgever heeft geen bedrijfsarts ingeschakeld voor beoordeling en begeleiding van dit ziekteverzuim. Dat hij desondanks aanvoert dat er geen sprake is van arbeidsongeschiktheid kan de kantonrechter dan ook niet volgen. Het oordeel of een werknemer arbeidsongeschikt is, en zo ja vanaf wanneer, is aan de bedrijfsarts voorbehouden.
Nu de werkgever geen bedrijfsarts heeft ingeschakeld om te oordelen of de werknemer arbeidsongeschikt was, komen de gevolgen voor rekening en risico van de werkgever. Die moet het loon conform de cao doorbetalen. Ook de proceskosten komen voor zijn rekening.
Conclusie
Als de werkgever twijfelt over de ziekmelding, kan hij de bedrijfsarts verzoeken om een afspraak te maken met de ziekgemelde werknemer. Maar ook als er geen twijfel bestaat, is het zinvol deze tijdig in te schakelen.